Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelwerk (WBSO)

Introductie

De Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelwerk (WBSO) is een belastingvoordeel gericht op het stimuleren van technische innovatie binnen Nederlandse bedrijven. De regeling maakt het mogelijk voor bedrijven om een deel van de loonkosten en andere projectgerelateerde uitgaven terug te verdienen die zijn gemaakt bij S&O-projecten. Dit fiscale voordeel is cruciaal voor het bevorderen van R&D, met name in high-tech sectoren zoals IT, waar innovatieve softwareoplossingen worden ontwikkeld. WBSO speelt een belangrijke rol in het versterken van de concurrentiekracht van Nederlandse ondernemingen door technologische vernieuwing aan te moedigen.

Doelgroep

De WBSO is gericht op Nederlandse ondernemingen die inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting verschuldigd zijn. Met uitzondering van publieke kennisinstellingen, zijn bedrijven die zich bezighouden met speur- en ontwikkelingswerk (S&O), zoals R&D-activiteiten waaronder IT en softwareontwikkeling, gerechtigd om aanvragen in te dienen.

Budget en maximale subsidie

De WBSO biedt een fiscaal voordeel dat wordt verrekend via loonheffingen. Het budget voor 2025 bedraagt in totaal €1,582 miljard. Het voordeel wordt berekend op basis van de loonkosten en andere kosten die direct verbonden zijn aan speur- en ontwikkelingswerk (S&O).
Voor 2025 gelden de volgende aftrekbedragen:

• De vaste S&O-aftrek bedraagt €15.738 voor ondernemers zonder personeel.
• tartende zelfstandigen kunnen bovendien een aanvullende S&O-aftrek van €7.785 toepassen.

De hoogte van het voordeel wordt verder bepaald door twee tariefschijven:

• Voor de eerste schijf geldt een tarief van 36% van de grondslag (tot €380.000).
• Voor de tweede schijf, die van toepassing is op bedragen boven €380.000, geldt een tarief van 16%.

Voor de berekening van het voordeel kunnen bedrijven kiezen tussen een forfaitaire regeling of een systematiek op basis van werkelijke kosten en uitgaven:

• Bij de forfaitaire optie wordt een vast bedrag per S&O-uur toegekend, wat administratieve lasten vermindert.
• Bij de werkelijke kosten en uitgaven moeten alle projectgerelateerde kosten en investeringen worden geregistreerd en onderbouwd.

Voorwaarden

1. De WBSO-aanvraag is alleen geldig voor toekomstig S&O-werk uitgevoerd in Nederland.
2. De te ontwikkelen technologie moet nieuw zijn voor de onderneming en door eigen personeel technische problemen aanpakken.
3. De onderneming moet belastingplichtig zijn onder de vennootschapsbelasting of inkomstenbelasting.
4. Bedrijven met personeel mogen vier keer per jaar een aanvraag indienen, zonder beperkingen voor bedrijven zonder personeel.
5. Er moet duidelijk worden aangegeven welke technische knelpunten en innovaties worden geadresseerd in de aanvraag.

Deadline

De WBSO-aanvraag kan maandelijks worden ingediend, met als deadline de laatste dag van de maand voordat de betreffende S&O-periode start. Bedrijven die gebruikmaken van de optie vormvrij aanvragen krijgen daarbij twee weken extra tijd om hun aanvraag in te dienen.
Voor aanvragen met een specifieke startperiode gelden de volgende deadlines:

• Voor projecten die in de laatste drie maanden van het kalenderjaar starten, moet de aanvraag uiterlijk op 30 september van datzelfde jaar worden ingediend.
• Voor projecten die in januari van het volgende jaar starten, is de uiterste deadline 20 december van het voorafgaande jaar.

Deze flexibiliteit in de aanvraagperiode maakt het mogelijk om snel in te spelen op nieuwe ontwikkelingen en innovaties binnen een organisatie.